Ga naar de inhoud

Advies 2025/30

 

Het secretariaat van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) kampt momenteel met een aanzienlijk personeelstekort.

Het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid heeft op 9 mei jongstleden beslist dat er geen vervanging komt voor medewerkers die niet langer voor het secretariaat werken.

Dit maakt het voor de NHRPH erg moeilijk om zijn opdracht als adviesorgaan naar behoren uit te voeren. Concreet betekent dit dat de NHRPH de voorziene termijnen voor het afleveren van zijn adviezen noodgedwongen moet verlengen.

 

Advies nr. 2025/30 van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) over de pensioenhervorming, uitgebracht tijdens de plenaire vergadering van 17/11/2025.

Advies uitgebracht op initiatief van de NHRPH.

 

1. ADVIES BESTEMD

  • Voor opvolging aan de heer Rob Beenders, minister van Consumentenbescherming, Sociale Fraudebestrijding, Personen met een handicap en Gelijke Kansen
  • Ter informatie aan de heer Jan Jambon, vice-eersteminister en minister van Pensioenen
  • Ter informatie aan de heer Bart De Wever, eerste minister
  • Ter informatie aan Unia
  • Ter informatie aan het UNCRPD-coördinatiemechanisme
  • Ter informatie aan de federale ombudsman
  • Ter informatie aan de Ombudsdienst Pensioenen
 

2. ONDERWERP

Vervolg op het zomerakkoord 2025 – pensioenhervorming en invoering van een malus voor onvolledige loopbanen.

 

3. ANALYSE

A. Het regeerakkoord van 31.01.2025

Dit akkoord voorzag in een grondige hervorming van de pensioenregeling, met name door het effectieve werken te herwaarderen in de pensioenberekening. Perioden van onderbreking of opschorting van de loopbaan die voordien werden gelijkgesteld voor de berekening van het pensioen zouden enkel nog op bijzondere en uitzonderlijke wijze worden meegeteld.

B. Ontmoeting met het kabinet Jambon op 25.09.2025

  • De pensioenregeling voor een pensionering op de wettelijke pensioenleeftijd (67) met een volledige loopbaan (42 jaar) blijft ongewijzigd.
    Met pensioen gaan vóór de wettelijke pensioenleeftijd zal tot een malus leiden, tenzij aan bepaalde loopbaanvoorwaarden is voldaan.
    Met andere woorden, enkel werknemers die geen 35 volledige jaren hebben kunnen werken of 7020 effectief gewerkte dagen hebben opgebouwd, zouden door de malus worden getroffen.
  • Voorwaarden om aan de malus te ontkomen:
    • Om de sanctie in geval van vervroegd pensioen te voorkomen, zullen werknemers 35 loopbaanjaren met 156 effectief gewerkte of gelijkgestelde dagen per jaar, of 7020 effectief gewerkte dagen in totaal moeten kunnen aantonen.
    • De gelijkgestelde perioden zoals moederschapsrust, zorgkrediet, enz. zullen ook in aanmerking worden genomen bij de 7.020 dagen.
    • Een gelijkstelling is enkel mogelijk wanneer het werk na ongeschiktheid werd hervat; deze hervatting kan deeltijds gebeuren.
  • Na ondervraging bleven niettemin verschillende vragen onbeantwoord.
    • De gelijkstellingen:
      • Wordt een gelijkstelling van de niet-gepresteerde dagen voorzien voor personen die een integratietegemoetkoming hebben?  
      • Andere gelijkstellingen? Dewelke?
    • Wat met de personen die het werk niet hebben hervat?
      • omdat hun gezondheid hen daartoe niet in staat stelde;
      • omdat ze toen ze ziek werden terwijl ze stage liepen of een contract van bepaalde duur hadden.
    • De sleutel van de gelijkstelling in de databanken: de werkhervatting in opdracht van de adviserend arts? Of de arbeidsarts? Iemand anders?
    • Het in aanmerking nemen van de werkelijke situatie van mantelzorgers: onvolledige loopbanen, maar zonder te vallen onder de regeling van de gelijkstellingen.

C. Website van de Federale Pensioendienst

De Federale Pensioendienst werkt zijn startpagina regelmatig bij. De website gepubliceerd op 01.10.2025 herinnert aan het volgende:

  • de afwezigheidsperioden voor medische redenen tellen volledig mee voor de berekening van het gewaarborgd minimumpensioen;
  • er zullen evenwel ook sanctiemaatregelen met betrekking tot het volledige pensioen genomen worden (aantal ziektejaren, soorten ongeschiktheid, arbeidsregeling, duur van de afwezigheid, enz.).
 

4. ADVIES

De NHRPH herinnert eraan dat de persoon niet kiest voor de handicap of de ziekte, maar dat ze deel uitmaken van de kenmerken van de persoon.

Het pensioen van de persoon verminderen op grond van een onregelmatig of onvolledig loopbaantraject en vanwege zijn of haar gezondheidstoestand is daarentegen een onrechtvaardige straf, die volkomen ongegrond en discriminerend is wegens de handicap van de persoon! Dergelijke politieke keuze druist volledig in tegen de – door België bekrachtigde – UNCRPD en de Belgische Grondwet.

De NHRPH herinnert aan de andere sancties die personen met een handicap en hun gezinnen al eerder in hun leven zijn opgelegd: heel wat personen moeten hun werk opgeven of een job weigeren, omdat de omgeving het werken onmogelijk maakt:

  • onvoldoende inclusieve en kwaliteitsvolle opleidingen en trajecten;
  • onvoldoende begeleidende diensten voor personen met een handicap en hun gezin;
  • ontoegankelijke openbare omgeving en ontoegankelijk openbaar vervoer;
  • redelijke aanpassingen en positieve acties die niet bindend zijn;
  • onverenigbaarheid van zorg- en werktrajecten;
  • “gereserveerde” aanpak van werkgevers;
  • een onaangepaste sociale regelgeving (cumulatie tegemoetkomingen-werk, artikel 100 van de wet van 1978, wet op de arbeidsovereenkomsten, enz.);
  • enz.

De NHRPH is van oordeel dat personen met een handicap in deze algemene werkomgeving zich reeds van bij het begin in een kwetsbare positie bevinden. In de praktijk moeten personen met een handicap niet alleen – net als elke andere werknemer – hun vaardigheden en capaciteiten bewijzen, maar ook altijd overtuigen dat ze ondanks hun handicap kunnen werken. Dit is een vorm van ernstige discriminatie op grond van handicap.

De NHRPH dringt er bij de minister van Pensioenen en de regering op aan om hun aanpak volledig te herzien en personen met een handicap nooit te sanctioneren, ongeacht of zij al dan niet in staat zijn om te werken.

De NHRPH vraagt de regering om voor personen met een handicap en hun gezin middelen te voorzien waarmee zij op elke leeftijd in hun levensonderhoud kunnen voorzien.