Advies 2025/29
Het secretariaat van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) kampt momenteel met een aanzienlijk personeelstekort.
Het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid heeft op 9 mei jongstleden beslist dat er geen vervanging komt voor medewerkers die niet langer voor het secretariaat werken.
Dit maakt het voor de NHRPH erg moeilijk om zijn opdracht als adviesorgaan naar behoren uit te voeren. Concreet betekent dit dat de NHRPH de voorziene termijnen voor het afleveren van zijn adviezen noodgedwongen moet verlengen.
Advies nr. 2025/29 van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) over het voorstel van resolutie van de Commissie voor Mobiliteit, Overheidsbedrijven en Federale Instellingen betreffende de toekenning van parkeerfaciliteiten aan personen met tijdelijke invaliditeit.
Uitgebracht tijdens de plenaire zitting van 17/11/2025.
Advies op initiatief van de NHRPH.
1. ADVIES BESTEMD
- Voor opvolging aan de Commissie voor Mobiliteit, Overheidsbedrijven en Federale Instellingen
- Voor opvolging aan de heer Rob Beenders, minister van Consumentenbescherming, Sociale Fraudebestrijding, Personen met een handicap en Gelijke Kansen
- Voor opvolging aan de heer Jean-Luc Crucke, minister van Mobiliteit, Klimaat en Ecologische Transitie, belast met Duurzame Ontwikkeling
- Voor opvolging aan de heer Peter Samyn, Voorzitter van de FOD Sociale Zekerheid
- Voor opvolging aan mevrouw Julie Clément, Directrice-generaal van de DG Personen met een Handicap
- Ter informatie aan de heer Bart De Wever, eerste minister
- Ter informatie aan Unia
- Ter informatie aan het UNCRPD-coördinatiemechanisme
2. ONDERWERP
De Commissie voor Mobiliteit, Overheidsbedrijven en Federale Instellingen van de Kamer van volksvertegenwoordigers heeft de bespreking aangevat van het voorstel van resolutie betreffende de toekenning van parkeerfaciliteiten aan personen met tijdelijke invaliditeit (DOC 56 1072). In dit voorstel van resolutie wordt gevraagd dat personen met tijdelijke invaliditeit tijdens hun herstelperiode parkeerfaciliteiten krijgen.
3. ANALYSE
A. Inhoud voorstel
De opstellers wensen parkeerfaciliteiten voor personen met een tijdelijke vermindering of tijdelijk verlies van mobiliteit, bijvoorbeeld na een operatie of een breuk van een onderste ledemaat.
In dit voorstel van resolutie wordt daarom gevraagd dat personen met tijdelijke invaliditeit tijdens hun herstelperiode parkeerfaciliteiten krijgen dankzij een voorlopige parkeerkaart. Onder tijdelijke invaliditeit wordt verstaan elk substantieel verlies of vermindering van mobiliteit als gevolg van een grote chirurgische ingreep of een breuk van een onderste ledemaat, indien die leidt tot een aanzienlijke maar tijdelijke beperking van de mogelijkheid om zich te verplaatsen.
Volgens de initiatiefnemers is hun voorstel in lijn met het VN-verdrag inzake de rechten van de personen met een handicap:
Een dergelijk initiatief sluit naadloos aan bij het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (CRPD), dat door België en de Europese Unie werd geratificeerd en dat het beginsel van universele toegankelijkheid benadrukt: de lidstaten moeten de gepaste maatregelen nemen om eenieder met een al dan niet blijvende functionele beperking in de mogelijkheid te stellen ten volle aan het gemeenschapsleven deel te nemen.
B. Impact voorstel
- Prioriteit
De initiatiefnemers wijzen zelf op het risico voor de huidige houders van een parkeerkaart voor personen met een handicap:
Waarborgen dat de parkeerfaciliteiten voor personen met een handicap behouden blijven
Deze regeling strekt er geenszins toe de rechten van de personen met een blijvende handicap in te perken.
Het komt er inderdaad op aan een duidelijke regel vast te stellen die de toegang tot de voorbehouden parkeerplaatsen regelt en daarbij voorrang geeft aan de personen met een erkende blijvende handicap.
De NHRPH vraagt zich af hoe zo’n regel er zou uitzien. Als een persoon met een tijdelijke parkeerkaart op een voorbehouden plaats zou parkeren, is die plaats niet beschikbaar voor personen met een klassieke parkeerkaart voor personen met een handicap. Welke opties zijn er dan nog? Wegjagen? Wegslepen?
- Aantal parkeerkaarten
In België zijn er meer dan 500.000 parkeerkaarten voor personen met een handicap in omloop, waarvan 78.000 werden uitgereikt in 2024.
Er zijn inderdaad een aanzienlijk aantal parkeerkaarten in omloop. Een veel groter probleem is dat er te weinig voorbehouden parkeerplaatsen voor personen met een handicap zijn. De steden en gemeenten beslissen autonoom waar ze parkeerplaatsen voor personen met een handicap aanleggen en hoeveel dat er worden.
De initiatiefnemers willen aan deze groep dus nog een groep van personen met een tijdelijke vermindering of tijdelijk verlies van mobiliteit toevoegen, bijvoorbeeld na een operatie of een breuk van een onderste ledemaat. De NHRPH vraagt zich af of de initiatiefnemers wel goed inschatten over hoeveel mensen dit kan gaan. Alleen al het aantal botbreuken per jaar wordt voor België op 175.000 geschat.
Ook al gaat het hier om parkeerkaarten die beperkt zijn in de tijd, het voorstel van resolutie houdt onvermijdelijk in dat het aantal personen met een parkeerkaart zal toenemen, met bovendien enkele jaarlijkse pieken, zoals na de skivakanties. Op die manier zal er voor personen met een handicap vaak geen vrije voorbehouden parkeerplaats meer te vinden zijn in de buurt van hun bestemming.
- Criteria
Voor de nieuwe groep moeten dus criteria worden bepaald als de nieuwe parkeerkaart er zou komen. In het voorstel is sprake van personen met een tijdelijke vermindering of tijdelijk verlies van mobiliteit, bijvoorbeeld na een operatie of een breuk van een onderste ledemaat.
Er bestaan echter nog factoren die tot een tijdelijke vermindering of tijdelijk verlies van mobiliteit leiden, zoals tijdelijke sensoriële invaliditeit (bijv. na operatie tijdelijk slechtziend of blind). Wat met gebruikers van medicatie die rijden negatief beïnvloedt en die een chauffeur moeten nemen? Waar zal men de grens trekken? Wat met personen met tijdelijke psychische problemen zoals een depressie, burn-out of rouw? Wat met ouderen? En zwangere vrouwen? De groep van de personen met een beperkte mobiliteit is erg ruim.
De NHRPH wijst erop dat ook nu al niet alle personen met een erkende handicap recht hebben op de parkeerkaart voor personen met een handicap. Dreigen zij niet benadeeld te worden tegenover de personen met een tijdelijke invaliditeit?
- Werklast
Die constante aanvoer van nieuwe aanvragen van een tijdelijke parkeerkaart brengt onvermijdelijk een hogere werklast met zich mee voor de bevoegde overheidsdiensten. De initiatiefnemers willen dat de nieuwe tijdelijke parkeerkaart sneller wordt uitgereikt dan de reeds bestaande, omdat de invaliditeit zelf en de behoefte aan een parkeerkaart onmiddellijk en tijdelijk zijn. In de huidige besparingscontext is er echter een wervingsstop bij de DG Personen met een handicap die de parkeerkaarten toekent. De nieuwe kaart zou betekenen dat de verwerkingstijden per dossier zullen oplopen. Die verwerkingstijden zijn trouwens al vrij lang. Dit dreigt onbeheersbaar te worden. Moeten personen met een tijdelijke invaliditeit bij de dossierbehandeling dan echt voorrang krijgen op mensen met een handicap?
- Tijdelijk versus onbepaalde duur
Het voorstel van resolutie bepleit een tijdelijke parkeerkaart voor mensen met een tijdelijke invaliditeit. De NHRPH wijst erop dat er ook nu al – naast de parkeerkaarten van onbepaalde duur – tijdelijke parkeerkaarten (met een vervaldatum) bestaan, o.a. voor tijdelijke situaties.
- Controle en herkenbaarheid
In de praktijk zou het gaan om een specifieke sticker die gemakkelijk te herkennen is dankzij een duidelijke kleur en een QR-code. Onder meer de vervaldatum moet worden vermeld. Dat visuele onderscheid is cruciaal om verwarring met de parkeerkaart voor personen met een blijvende handicap te voorkomen.
Onderscheid met de traditionele parkeerkaart zou zeker nodig zijn. Als de kaart er zou komen, is er immers ook controle van de kaart nodig. Dat betekent dat ook deze tijdelijke kaarten in de Kruispuntbank moeten worden opgenomen en ook weer worden verwijderd na het verstrijken van de geldigheid. Controle van de geldigheid van de tijdelijke parkeerkaart via Handi2Park moet zeker mogelijk zijn om misbruik te voorkomen.
Er is tegenwoordig echter een grotere uitdaging. Veel gemeentes zetten scan cars in voor hun parkeercontroles. Die scan cars scannen niet de parkeerkaart, maar de nummerplaat van de wagen. Om niet onterecht beboet te worden moeten die mensen de app handyPark (niet te verwarren met Handi2Park) downloaden en hun parkeerkaart koppelen aan een of meer nummerplaten. Zo kunnen ze reglementair parkeren in de deelnemende gemeentes. Voor een tijdelijke invaliditeit lijkt dit toch wel een zware procedure. Overigens heeft de NHRPH al meermaals gewezen op de beperkingen en tekortkomingen van handyPark, o.a. in zijn persbericht van 06/05/2025.
- Europa versus België
Op Europees niveau staat het België volledig vrij om te voorzien in specifieke ondersteuning voor de personen die tijdelijk beperkt mobiel zijn, voor zover de toegekende faciliteiten ertoe strekken hun autonomie, sociale integratie en deelname aan het maatschappelijk leven te waarborgen.
België heeft enige vrijheid inzake het parkeerbeleid voor personen met een handicap, maar sowieso moet België de EU-voorwaarden voor de parkeerkaart respecteren, ook wat de lay-out betreft. Gaat de nieuwe kaart het Europese model volgen of komt er een apart ontwerp dat losstaat van de EU-regelgeving? De NHRPH wijst meteen op een essentieel verschil met de traditionele parkeerkaart voor personen met een handicap: de parkeerkaart voor tijdelijke invaliditeit zou enkel in België gebruikt kunnen worden, terwijl de Europese kaart voor personen met een handicap in de hele Europese Unie wordt erkend.
- Alternatieven
Voor de in de resolutie geviseerde doelgroep met een tijdelijke invaliditeit bestaan er momenteel geen parkeerfaciliteiten. Wel bestaan er lokale initiatieven met gratis of betaalbaar vervoer voor personen met een beperkte mobiliteit, vaak ook als die tijdelijk is.
4. ADVIES
A. Algemeen
De NHRPH brengt een negatief advies uit over het voorstel van resolutie. De NHRPH meent dat de beperkte baten van het project de kosten niet kunnen verantwoorden.
- De houders van de klassieke parkeerkaart dreigen het slachtoffer te worden van de nieuwe tijdelijke kaart. Meer mensen zullen aanspraak kunnen maken op de voorbehouden plaatsen die vaak schaars zijn. Bovendien kan die toename van gebruikers van de parkeerkaart het maatschappelijk draagvlak van de parkeerkaart voor personen met een handicap en van de voorbehouden parkeerplaatsen schaden.
- Administratief dreigt het onbeheersbaar te worden. De bijkomende aanvragen dreigen de achterstand in de dossierbehandeling te vergroten. Gezien de acute en zeer tijdelijke aard van de invaliditeit zouden deze personen dan ook nog voorrang moeten krijgen op mensen met een ernstigere, vaak permanente handicap. Dat kan niet de bedoeling zijn.
- Er is de kwestie van de noodzaak van controle en het gebruik van de handyPark-app in de deelnemende gemeenten.
- De criteria voor zo’n tijdelijke kaart dreigen te ruim te worden. Niet alle personen met een handicap of een beperkte mobiliteit hebben recht op een parkeerkaart. Die is er voor de mensen die de kaart echt nodig hebben.
- Hoewel er beperkte alternatieven bestaan voor een nieuwe kaart voor tijdelijke invaliditeit, zoals lokale initiatieven en de bestaande parkeerkaart van bepaalde duur, zijn deze momenteel nog niet voor iedereen toereikend. De NHRPH heeft begrip voor de vraag van deze mensen en vraagt dan ook dat alle betrokken actoren – de verschillende overheidsniveaus, aanbieders van openbaar vervoer en openbare diensten, Regie der Gebouwen, horeca en handel, … - versneld werk maken van een toegankelijke omgeving. Daar is iedereen bij gebaat.
B. Raadpleging
Het is de bedoeling dat er overleg komt met de verenigingen die personen met een handicap vertegenwoordigen, alsook een proefperiode die naderhand wordt geëvalueerd. Aldus zal erop worden toegezien dat de regeling is afgestemd op de behoeften.
In voorkomend geval kunnen de nodige aanpassingen worden doorgevoerd.
Mooie woorden, maar helaas is het advies van de NHRPH niet gevraagd geweest! Nochtans bepaalt het oprichtings-KB van de NHRPH dat de NHRPH belast is met het onderzoek van alle problemen inzake personen met een handicap die tot het federale niveau behoren. De NHRPH mag ook op eigen initiatief of op verzoek van de bevoegde Ministers adviezen geven of voorstellen doen, onder meer met het oog op de rationalisatie en coördinatie van de wettelijke en reglementaire bepalingen. In het geval van dit voorstel van resolutie gaat het toch duidelijk over een federale materie die rechtstreeks de personen met een handicap aanbelangt.
Werden wel om advies gevraagd (met als deadline vrijdag 28/11/2025):
- Brulocalis
- Centrex
- Collectif Accessibilité Wallonie Bruxelles
- College van procureurs-generaal
- FOD Mobiliteit
- FOD Sociale Zekerheid
- Grip vzw
- Hoge Gezondsheidsraad
- Koninklijk Verbond van de vrede- en politierechters
- minister van Mobiliteit
- Nationaal Intermutualistisch College
- Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
- Rob Beenders, minister van Consumentenbescherming
- Union des Villes et Communes de Wallonie
- Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten
- VIAS
- Vlaams Gewest
- Waals Gewest
- Collège Intermutualiste National
De NHRPH vindt het uitblijven van een adviesvraag des te frappanter aangezien het voorstel van resolutie verwijst naar een advies van de NHRPH, nl advies 2024-03. Het advies werd aangehaald om te verwijzen naar de relatieve autonomie van gemeentes om zelf hun parkeerbeleid te bepalen.
De NHRPH maakt hier van de gelegenheid gebruik om nog eens te pleiten voor een harmonisering van de gemeentelijke parkeerreglementen. Met al die verschillende gemeentelijke parkeerreglementeringen dreigen mensen onbewust overtredingen te begaan. In de ene gemeente mag je met de parkeerkaart gratis en zonder beperking in de tijd parkeren, in andere gemeentes word je dan beboet. Die informatie is niet altijd vlot te vinden. Deze situatie leidt tot rechtsonzekerheid.