Advies 2025/06
Het secretariaat van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) kampt momenteel met een aanzienlijk personeelstekort.
Het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid heeft op 9 mei jongstleden beslist dat er geen vervanging komt voor medewerkers die niet langer voor het secretariaat werken.
Dit maakt het voor de NHRPH erg moeilijk om zijn opdracht als adviesorgaan naar behoren uit te voeren. Concreet betekent dit dat de NHRPH de voorziene termijnen voor het afleveren van zijn adviezen noodgedwongen moet verlengen.
Advies nr. 2025/06 van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) over de in het regeerakkoord 2025-2029 aangekondigde vermindering van de middelen voor Unia.
Advies uitgebracht op eigen initiatief tijdens de plenaire vergadering van 17 maart 2025.
1. ADVIES BESTEMD
- Voor opvolging aan de heer Rob Beenders, Minister van Consumentenbescherming, Sociale Fraudebestrijding, Personen met een handicap en Gelijke Kansen
- Voor opvolging aan de heer Bart De Wever, Eerste Minister
- Voor opvolging aan de Voorzitter van het federaal Parlement
- Voor opvolging aan de ministers van de federale regering
- Ter informatie aan de adviesraden inzake handicap in de deelgebieden
- Ter informatie aan Unia
- Ter informatie aan het UNCRPD-coördinatiemechanisme
- Ter informatie aan de federale ombudsman
2. ONDERWERP
Het regeerakkoord 2025-2029 (blz. 86) voorziet in een vermindering van de financiering van Unia met 25 %.
3. ANALYSE
In het hoofdstuk over armoedebestrijding stelt de regering dat ze een inclusieve samenleving en een vereenvoudiging van de mensenrechtensector wil. Ze presenteert enkele ontwikkelingen met betrekking tot discriminatie op basis van gender, handicap en seksuele identiteit. Ze streeft naar een A-status voor heel België, via een samenwerkingsakkoord tussen de bestaande mensenrechteninstellingen. Ze voorziet in een audit van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (IGVM) en “een vermindering van de financiering van Unia met 25 %”.
4. ADVIES
De NHRPH geeft een volledig negatief advies over deze vermindering van middelen.
De NHRPH vindt Unia een absoluut noodzakelijke pijler in de strijd voor rechten en gelijkheid voor iedereen en voor non-discriminatie.
De aangekondigde vermindering van de financiering is enorm: 25 % van de financiering, zonder verdere details.
De NHRPH herinnert eraan al jaren nauw samen te werken met Unia. In 2013 werd deze samenwerking geformaliseerd in een samenwerkingsprotocol. Voorbeelden van behandelde dossiers zijn de definitie en de uitvoering van redelijke aanpassingen, tewerkstelling, bewindvoering van personen met een handicap, collectieve leefomgevingen, toegankelijkheid van treinen (NMBS), huisvesting en het gebruik van de parkeerkaarten voor personen met een handicap in een digitale omgeving. Samenwerking en synergieën worden zorgvuldig afgestemd, opgebouwd en ondersteund, wat regelmatig resulteert in gezamenlijke brieven of communiqués van de NHRPH en Unia.
Unia investeert veel in het domein van de handicap omdat dit echt nodig is: de rechten van personen met een handicap blijven nog vaak dode letter, en het sociale handicapmodel, dat is gebaseerd op de naleving van de mensenrechten en een inclusieve samenleving, wordt niet snel genoeg uitgerold. Dit blijkt haarscherp uit het feit dat handicap in 2023 de op één na meest voorkomende reden voor meldingen bij Unia is.
Maar ook andere gebieden blijven nog aanzienlijk achter op het vlak van rechten: in minder dan vier jaar, tussen 2019 en 2023, is het aantal meldingen met 43 % gestegen. Deze trend op zich wijst op de noodzaak om een instelling te behouden waartoe elke burger zich moet kunnen wenden.
Tot slot, wat voor de NHRPH zeker even belangrijk is, heeft Unia ook de taak om toe te zien op de naleving van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap: het in 2011 opgerichte onafhankelijke mechanisme voert deze opdracht uit in overeenstemming met de beginselen van Parijs en de NHRPH zetelt erin, samen met andere actoren van het maatschappelijk middenveld.
De NHRPH poneert de volgende overwegingen:
- Elke minderheid in België moet worden gerespecteerd en ondersteund; discriminatie op grond van bepaalde beschermde kenmerken is door de wet verboden er is geen hiërarchie in de beschermingsnormen volgens de specifieke kenmerken van personen.
- Unia voorziet in een meldingsprocedure. Dit is een krachtig en noodzakelijk instrument dat de democratie en de rechtsstaat versterkt. Zonder Unia zouden slachtoffers van discriminatie zich rechtstreeks tot de rechtbank moeten wenden, wat ingewikkeld, duur en uiteindelijk ook vaak ontmoedigend zou zijn.
- De expertise van Unia is gebaseerd op objectieve gegevens en analyses. Dit maakt het tot een referentie in de strijd tegen discriminatie.
- Unia werkt samen met het maatschappelijk middenveld, bedrijven en overheden om passende oplossingen voor te stellen. Indien nodig onderneemt Unia juridische stappen. Dit is een manier om de verschillende betrokkenen op lange termijn te responsabiliseren.
- Uiteindelijk komt de werking van Unia de hele samenleving ten goede, want minder discriminatie betekent meer gelijke kansen, meer inclusie, meer rechtvaardigheid en sociale vrede.
- Unia beperkt zich niet tot de behandeling van klachten: het speelt ook een sleutelrol in de bewustmaking van het publiek.
- Het biedt opleidingen en educatieve hulpmiddelen om bedrijven, scholen en administraties te helpen inclusieve praktijken in te voeren.
- Het voert bewustwordingscampagnes tegen haatspraak en vooroordelen.
In deze turbulente tijden waarin de uitvoering van de mensenrechten in gevaar zijn, zou het werk van Unia juist meer dan ooit beter bekend moeten zijn bij de burger en beter worden ondersteund door de Staat.
- De aankondiging van de vermindering van de middelen en de informatie die in de pers circuleert over mogelijke ontslagen, veroorzaken veel stress bij het personeel. Dit zijn geen goede werkomstandigheden.
De NHPRH benadrukt dat er, onder de vele uitdagingen, minstens drie essentiële zijn:
- De bestaande organen moeten samenwerken, omdat meervoudige discriminatie steeds reëler wordt. Dit is een hoge prioriteit, waarop ook de VN-experts België in 2024 gewezen hebben (zie punt 67 van de opmerkingen).
- De zichtbaarheid van Unia moet worden versterkt voor de meest kwetsbare groepen, die minder vlot de weg vinden naar de klachtenmechanismen en van wie de rechten heel vaak worden geschonden.
- Er duikt een nieuwe vorm van discriminatie op: algoritmische discriminatie[1]. Unia moet tegelijk voldoende expertise hierover opdoen, personen met een handicap bewust maken van deze discriminatie, en in staat zijn hun bij schending passende hulp te bieden. Het heeft extra middelen nodig om deze nieuwe vorm van discriminatie te bestrijden.
[1] Beslissingen op grond van AI kunnen op verschillende manieren leiden tot discriminaties. 5 manieren waarop AI onbedoeld een discriminatie met zich kan meebrengen: 1. Het bepalen van de doelvariabele en de klassenlabels; 2. Het labelen van het leermateriaal; 3. De selectie van het leermateriaal; 4. De selectie van de eigenschappen; 5. De keuze van de indirecte gegevens. AI-systemen kunnen ook bewust worden ingezet voor discriminerende doeleinden. https://rm.coe.int/etude-sur-discrimination-intelligence-artificielle-et-decisions-algori/1680925d84