Ga naar de inhoud

Advies 2018/16

Handistreaming fiches

Advies nr. 2018/16 van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) over het Federaal Plan Handistreaming- rapportage 2017 van de federale regering.

 

Aanvrager

Advies verstrekt tijdens de plenaire vergadering van 16 april 2018 op verzoek van mevrouw Zuhal Demir, Staatssecretaris voor Personen met een beperking.

 

Onderwerp

De Staatssecretaris voor Personen met een beperking heeft iedere minister en staatssecretaris van de federale regering gevraagd te verduidelijken welke acties zij in 2017 hebben genomen in het kader van hun handistreaming-aanpak.

Onder embargo (er wordt nog gesleuteld aan de inhoud van de fiches) vraagt zij het advies van de NHRPH over het kader en de wijze waarop de gegevens worden verzameld.

 

Analyse

Om te komen tot een structurele integratie van de handicapdimensie in de verschillende beleidsdomeinen en aldus uitvoering te geven aan het engagement van de Ministerraad van 26 maart 2015, hebben alle ministers en staatssecretarissen zich ertoe verbonden de handicapdimensie ieder jaar bij de opstelling van hun beleidsnota in minstens twee beleidsmaatregelen op te nemen.

Op 15 juli 2016 heeft de Ministerraad een lijst van verschillende initiatieven op de verschillende beleidsdomeinen goedgekeurd en de Staatssecretaris voor personen met een beperking gemachtigd om de initiatieven en doelstellingen die in het Handistreaming-kader worden voorgesteld op te volgen en hierover jaarlijks te rapporteren. Met het oog op haar analyse heeft de Staatssecretaris aan elk lid van de federale regering een vragenlijst voorgelegd over de opvolging in 2017, opdat zij aan de hand van de antwoorden de integratie van de handicapdimensie in elk bevoegdheidsdomein zou kunnen beoordelen. Deze rapportage werd begin 2018 afgerond.

Onder embargo (informatie over de eigenlijke inhoud van de fiches mag niet worden verspreid) heeft de Staatssecretaris voor Personen met een beperking de NHRPH om advies gevraagd over de werkmethode en het kader voor gegevensverzameling.

 

Advies

Wat betreft het principe van de rapportage apprecieert de NHRPH het initiatief van de Staatssecretaris, want het verzamelen van informatie is vaak een ondankbaar en omslachtige taak. Het is echter een noodzakelijke stap in het beleidsevaluatieproces en maakt het waarschijnlijker dat de juiste richting wordt ingeslagen. Hiertoe moet de rapportage volgens de NHRPH mogelijk maken om:

  1. Een stand van zaken op te maken: het gaat erom de resultaten van de analyse te verzamelen, samen te vatten en ten slotte een aantal algemene lessen te trekken en een aantal acties te ondernemen. De resultaten kunnen worden gebruikt zowel om verslag uit te brengen over de geboekte vooruitgang, als om goede praktijken onder de aandacht te brengen en om uitdagingen en vragen die bepaalde actoren hebben aangebracht, aan te pakken: deze rapportage kan een gelegenheid zijn om vast te stellen dat bepaalde concepten niet zijn begrepen, dat er behoefte is aan informatie, dat om zeer specifieke redenen niet aan de verwachtingen is voldaan, ...
  2. De resultaten meedelen aan de Ministerraad: het is van essentieel belang dat de resultaten worden omgezet in een taal en formaat geschikt voor de hele regering: duidelijke termen, concrete verwachtingen, gebruiksvriendelijke instrumenten, contactpersonen die in staat zijn om snelle en volledige informatie te verstrekken, ...

In dat opzicht is dit eerste verslag heel leerrijk voor de NHRPH:

  • De informatievergaring was lang en moeizaam; er waren verschillende herinneringen nodig;
  • verschillende delen van de vragenlijsten blijven grotendeels onbeantwoord;
  • Veel van de antwoorden zijn vaag en geven veeleer blijk van intenties;
  • Acties geformuleerd op operationeel niveau worden gemakkelijker in concrete acties omgezet; andere acties, die zich veeleer op het domein van de politieke oriënteringen situeren, hebben veelal niet tot concrete acties geleid;
  • Uit andere reacties blijkt dat de denkoefening betrekking heeft op bepaalde categorieën van personen met een handicap; de acties die daaruit volgden waren een antwoord op de vraag van bepaalde groepen van personen met een handicap, bijvoorbeeld een project gericht op de behoeften van personen met een lichamelijke handicap, zonder rekening te houden met de behoeften van mensen met zintuiglijke, cognitieve of verstandelijke handicaps. Belangrijk is dat deze maatregel wordt geëvalueerd en dat de betreffende maatregel vervolgens wordt uitgebreid tot andere groepen die nog met problemen kampen;
  • Heel wat regeringsleden hebben acties uitgewerkt met een vaag idee van de problematiek, maar zonder de reële noden van de betrokken personen te kennen;
  • Er zijn diverse acties uitgevoerd zonder dat de Staatssecretaris daar op enige wijze bij is betrokken; over de meeste van deze acties is geen advies van de NHRPH gevraagd;
  • Slechts zeer weinig van de maatregelen kunnen op hun doeltreffendheid beoordeeld worden.

In 2015 had de NHRPH, hoewel hij het ontbreken van een echt actieplan betreurde, zijn steun uitgesproken voor het werken met "fiches", en wenste dit initiatief te zien als een tussenstap in de richting van een meer globale aanpak van handistreaming: zie advies 2015-19 - Het gebruik van de fiches is interessant omdat ze een analytische benadering mogelijk maken. Ze zijn resoluut oplossingsgericht. Ze dragen ook bij tot de noodzakelijke fase van een regelmatige beoordeling. Om al die redenen vindt de NHRPH deze fiches zeer interessante werkinstrumenten: zij structureren de gedachte-uitwisseling en het nemen van beslissingen.

In datzelfde advies benadrukte de NHRPH de noodzaak om de aanbevelingen van de VN-deskundigen aan België te integreren in de denkoefeningen van de regering, zodat elke minister zo snel mogelijk zou reageren in termen van acties en beleid. De NHRPH drong ook aan op een jaarlijkse screening, op systematisch, regelmatig en vroegtijdig overleg met de NHRPH over de werkzaamheden. De NHRPH herinnerde eraan dat het noodzakelijk is dat de acties elkaar ondersteunen en nam het voorbeeld van de maatregel "Back to work", die voorziet in de activering van zieke personen en personen met een handicap, terwijl er geen bindende regelgeving bestaat die werkgevers verplicht om hen in dienst te nemen.

In zijn advies 2016-14 had de NHRPH een reeks aandachtspunten vastgesteld met betrekking tot de reikwijdte en de inhoud van de fiches en drong erop aan dat de algemene doelstelling van een betere integratie van de behoeften van personen met een handicap wordt vertaald in operationele SMART-doelstellingen (d.w.z. specifiek, meetbaar, adequaat, realistisch en met tijdkader). De Raad was ook bezorgd over de wijze waarop de Staatssecretaris toezicht zou houden bij gebrek aan meer gedetailleerde gegevens en kwalitatieve en kwantitatieve indicatoren.

In het verleden heeft de NHRPH al tal van adviezen kunnen uitbrengen over de concrete implementatie van handistreaming door de regeringen en administraties (zie advies 2011-12, 2014-03). Elke keer benadrukte de Raad de absolute noodzaak om de hele regering samen te brengen rond fundamentele beginselen, die elke minister naar zijn eigen bevoegdheidsdomein zou vertalen. 

De NHRPH acht het essentieel dat de hele regering goed op de hoogte is van

  • Prioriteiten van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap
  • Personen die getroffen zijn door een of meerdere lichamelijke, zintuiglijke, verstandelijke of cognitieve beperking(en) en de gevolgen daarvan voor hun leven en hun integratie in de samenleving
  • De bestaansreden van de NHRPH en de noodzaak om de NHRPH te raadplegen, gezien zijn kennis op dit gebied
  • Indicatoren die nodig zijn om het effect van de genomen maatregelen zo spoedig mogelijk te beoordelen

De NHRPH is van mening dat de bovengenoemde prioriteiten en aandachtspunten als leidraad moeten dienen voor de rapportage: aan de hand van de vragen en aandachtspunten die in de vragenlijst aan bod komen, moet het mogelijk zijn om snel maar zeker de werkzaamheden op elk beleidsdomein te evalueren en een leidraad op te stellen voor toekomstige beleidsactiviteiten.

De NHPRH dringt ook aan op een eenvoudig en snel gebruik van de vragenlijst in het kader van de rapportage. De NHRPH beveelt een structuur aan op basis van een SMART-schema en eenvoudige vragen:

  • Welk beleid/welke actie is nodig om welke uitdaging het hoofd te bieden?
  • Op wie is het beleid/de actie gericht?
  • Wanneer zou de beleidsmaatregel/actie van toepassing zijn (tijdschema en stappen)?
  • Welke middelen zijn nodig voor de beleidsmaatregel/actie (technisch, budgettair, ...)
  • Vereist de beleidsmaatregel/actie externe toelichting over de behoeften van mensen met een handicap?

Een dergelijke vragenlijst zou dan ook als beheersinstrument kunnen dienen, namelijk als "knipperlicht handicap" binnen elk kabinet én ongeacht de maatregelen die worden ontwikkeld (handicapspecifiek of algemeen). De vragenlijst zou gemakkelijk kunnen worden vertaald naar een “10-punten-charter" dat wordt toegepast op elke beleidsmaatregel die het kabinet neemt.

Het contactpunt handicap en de dossierbeheerder moeten zich van bij de aanvang van de reflectie afvragen of de maatregel die zij plannen te ontwikkelen bijzondere aandachtspunten vereist om tegemoet te komen aan de verwachtingen van de personen met een handicap. De NHRPH zou vanaf dat moment uiteraard voor elke vraag ter beschikking staan.

De NHRPH staat uiteraard ter beschikking van de Staatssecretaris voor Personen met een beperking en de regering om de denkoefening zeer concreet voort te zetten. 

 

Bezorgd

  • Voor opvolging aan mevrouw Zuhal Demir, Staatssecretaris voor Personen met een beperking;
  • Ter info aan de heer Charles Michel, Eerste Minister;
  • Ter info aan UNIA;
  • Ter info aan het interfederaal coördinatiemechanisme.
 .
Adviezen
 .