Ga naar de inhoud

Advies 2022/05

Advies nr. 2202/05 van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) over het wetsontwerp tot wijziging van de kieswet teneinde het stemmen per brief mogelijk te maken voor kiezers met een beperking en voor kiezers van 75 jaar of ouder voor de verkiezingen van de Kamer van volksvertegenwoordigers, uitgebracht in plenaire zitting op 17/01/2022.

Advies uitgebracht op verzoek van het kabinet van mevrouw Annelies Verlinden, Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing, tijdens de vergadering van 17/12/2021.

1. ADVIES BEZORGD

  • Voor opvolging aan mevrouw Annelies Verlinden, Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing
  • Ter info aan mevrouw Karine Lalieux, Minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, belast met Personen met een handicap, Armoedebestrijding en Beliris
  • Ter info aan de heer Alexander De Croo, Eerste Minister
  • Ter info aan de heer Jan Jambon, Minister-President van Vlaanderen
  • Ter info aan de heer Elio Di Rupo, Minister-president van Wallonië
  • Ter info aan de heer Rudi Vervoort, Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
  • Ter info aan de heer Oliver Paasch, Minister-President van de Duitstalige Gemeenschap van België.
  • Ter info aan Unia
  • Ter info aan het UNCRPD-coördinatiemechanisme
  • Ter info aan de Federale Ombudsman

2. ONDERWERP

Een wetsontwerp tot wijziging van de kieswet teneinde het stemmen per brief mogelijk te maken voor kiezers met een beperking en voor kiezers van 75 jaar of ouder voor de verkiezingen van het de Kamer van volksvertegenwoordigers werd ingediend in de Kamer (DOC 55 2222/001). Het wetsvoorstel beoogt met name de deelname aan de verkiezingen voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers te vergroten door kiezers met een handicap en kiezers van 75 jaar of ouder toe te staan per post te stemmen. Het wetsontwerp moet samen worden gelezen met DOC 55 2219/001, DOC 55 2220/001 en DOC 55 2221/001, die identieke aanpassingen voorzien voor verkiezingen van andere parlementaire vergaderingen.

3. ANALYSE

De aangehaalde wetsvoorstellen zijn bedoeld om de opkomst te verhogen van oudere kiezers en kiezers met een handicap, voor wie het moeilijk of onmogelijk kan zijn om naar een stembureau te gaan vanwege hun leeftijd, beperkte mobiliteit, gezondheid of handicap. Zij stemmen momenteel meer dan gemiddeld bij volmacht.

De voorgestelde wetten bieden kiezers met een handicap en kiezers van 75 jaar of ouder de mogelijkheid om een keuze te maken: zij zullen in een stemlokaal of bij volmacht kunnen stemmen, zoals nu het geval is, maar zij zullen ook per post kunnen stemmen. Volgens de voorgestelde wetgeving zal België op 1 januari 2021 meer dan 1.033.000 inwoners tellen die 75 jaar of ouder zijn, d.w.z. 9% van de bevolking. De overgrote meerderheid van hen heeft de Belgische nationaliteit en is dus stemgerechtigd. In 2019 hadden 675.420 personen, van wie 614.122 18 jaar of ouder waren, erkenning van hun handicap gekregen van de Directie-generaal Personen met een Handicap van de FOD Sociale Zekerheid. Dit is dus een numeriek belangrijke groep.

Artikel 4 van de kieswet bepaalt dat de kiezer zijn of haar stem uitbrengt in de gemeente. Op dit algemene principe bestaan momenteel twee uitzonderingen, namelijk voor de kiezers van de gemeenten Voeren en Komen-Waasten enerzijds, en voor de Belgen die in het buitenland wonen anderzijds. Artikel 2 van het voorstel voegt aan artikel 4 een derde uitzondering toe voor kiezers met een handicap en kiezers van 75 jaar of ouder die in België verblijven, en voor kiezers met een handicap die hun stemrecht uitoefenen per briefwisseling. Onder kiezer met een beperking wordt verstaan de kiezer die een erkenning heeft van zijn handicap bij de Directie-generaal Personen met een handicap van de FOD Sociale Zekerheid.

De kiezers die per brief stemmen ontvangen bij hun oproepingsbrief een kiesomslag waarin de volgende documenten zijn opgenomen:

  • een retouromslag A;
  • een neutrale omslag B;
  • een formulier waarop de kiezer vermeldt dat hij zijn stem per briefwisseling zal uitbrengen en verklaart dat hij het stembiljet persoonlijk zal invullen;
  • de onderrichtingen voor de kiezer.

Deze kiezer brengt zijn stem uit op het stembiljet en plaatst dit behoorlijk dichtgevouwen in de neutrale omslag B die hij zorgvuldig sluit. Deze neutrale omslag B plaatst de kiezer in de retouromslag A, samen met het bovenvermelde ingevulde en ondertekende formulier.
De retouromslag A dient de kiezer uiterlijk de achtste dag voor de dag van de verkiezing aan de voorzitter van het hoofdkieskringbureau te bezorgen.

De voorzitter van het hoofdkieskringbureau opent de retouromslagen A en scheidt de formulieren waarin de kiezer meedeelt dat hij per brief stemt en de neutrale omslagen B. De lijst van de kiezers die per brief stemmen wordt door de voorzitter van het hoofdkieskringbureau per elektronische drager uiterlijk vijf dagen voor de verkiezingsdatum bezorgd aan de voorzitter van het kantonhoofdbureau en de voorzitters van de stembureaus.
De voorzitters van de stembureaus duiden op de kiezerslijsten de kiezers aan die per brief hebben gestemd door achter hun naam “B” te vermelden. De neutrale omslagen B worden door de voorzitter van het hoofdkieskringbureau zorgvuldig bewaard tot aan de stemopnemingsverrichtingen. Er wordt geen rekening gehouden met de retouromslagen A die na de sluiting van de stembureaus toekomen. Deze omslagen worden vernietigd door de voorzitter van het kieskringhoofdbureau.

Bij de sluiting van de stembureaus op de dag van de verkiezingen laat de voorzitter van het kieskringhoofdbureau tot de opneming van de stembiljetten van de kiezers die per briefwisseling stemmen overgaan door deze stembiljetten te verdelen onder de stemopnemingsbureaus van het kanton waarvan de hoofdplaatsgemeente van de kieskring deel uitmaakt. Deze stemopnemingsbureaus kunnen pas hun verrichtingen aanvatten nadat de stembiljetten afkomstig van de kiezers die per briefwisseling stemmen, gemengd zijn met de andere stembiljetten.

4. ADVIES

Om te beginnen is de NHRPH van mening dat de mogelijkheid om per brief te stemmen - in beginsel - een goede praktijk en een redelijke aanpassing is.

Het risico bestaat echter dat de toegankelijkheid van de stembureaus en alle apparatuur en elementen die nodig zijn om te kunnen stemmen (meubilair, digitale apparatuur, organisatie enz.) over het hoofd worden gezien, waardoor personen met een handicap gedwongen worden per post te stemmen.

Daarom dringt de NHRPH erop aan dat de mogelijkheid om per brief te stemmen een keuze moet blijven en geen verplichting mag worden. Het stemmen (stembureaus, proces, informatie, ...) moet toegankelijk zijn (of worden gemaakt) voor alle personen met een handicap.

Andere opties, zoals stemmen bij volmacht, assistentie, stembureaus in grote instellingen en verzorgingstehuizen, enz. moeten ook beschikbaar en toegankelijk zijn.

De NHRPH vraagt speciale aandacht voor personen met een ernstige visuele handicap: deze mensen kunnen nog steeds niet zelfstandig stemmen, hoewel er technische oplossingen bestaan. Elektronisch stemmen moet toegankelijk worden gemaakt voor personen met een visuele handicap (bijvoorbeeld: automatische voorleesfunctie via een headset).

De NHRPH vraagt zich af hoe de overdracht van gegevens tussen de FOD Sociale Zekerheid en de FOD Binnenlandse Zaken zal verlopen. Moet het advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit worden ingewonnen?

De NHRPH wenst ook dat er zekerheid is dat de kiezer zelf stemt. Hoe kunnen we er zeker van zijn dat het de bejaarde of de persoon met een handicap is die zijn of haar stem uitbrengt? Is er geen risico van machtsmisbruik?

Het stemmen moet veilig kunnen gebeuren. Ontvangt de stemgerechtigde een bevestiging van het feit dat hij zijn stem heeft uitgebracht wanneer hij per post stemt?

Ook de informatie over de mogelijkheid om per brief te stemmen en de procedure om die mogelijkheid te benutten moeten toegankelijk zijn. Een uitgebreide, heldere informatiecampagne (toegankelijke kanalen en communicatievormen, easy read/FALC, …), o.a. via het middenveld, is noodzakelijk.

De NHRPH vraagt zich af of de keuze voor stemmen per brief bij elke verkiezing moet worden bevestigd of dat de keuze blijvend is. De NHRPH suggereert een systeem met een blijvende keuze voor stemmen per brief (geldig voor alle volgende verkiezingen), maar die op een eenvoudige manier kan worden veranderd. De keuze moet ook duidelijk geregistreerd zijn, zodat dubbel stemmen niet mogelijk is.

Met het oog op de toekomst meent de NHRPH dat de piste van veilig digitaal van thuis stemmen ernstig en grondig moet worden onderzocht vooraleer te worden uitgevoerd. Enerzijds bewijzen functies zoals homebanking dat de huidige technologieën in principe de veiligheid en geheimhouding kunnen waarborgen. Voor personen met een visuele handicap, rolstoelgebruikers, chronisch zieke personen enz. kan de optie van toegankelijk elektronisch stemmen van thuis nuttig zijn. Anderzijds is de digitale kloof zeer reëel, zeker binnen de doelgroep van de ouderen en personen met een handicap. Ook is het gevaar van beïnvloeding en schending van het stemgeheim in de woonplaats groter dan in het stembureau. Indien uit de analyse zou blijken dat thuis elektronisch stemmen kan worden ontwikkeld met garanties op het vlak van veiligheid, toegankelijkheid en autonomie, dan zou die mogelijkheid alleen een alternatief mogen zijn naast de andere opties. In dat geval vraagt de NHRPH wel dat dat project dan tijdig zal worden voorgelegd aan de NHRPH.

De NHRPH vraagt zich af of enkel personen met een handicap die een erkenning van de DG Personen met een handicap hebben in aanmerking moeten komen voor het stemmen per brief. Sommige personen met een handicap hebben enkel een erkenning op regionaal vlak.

De NHRPH betreurt dat de mogelijkheid van het stemmen per brief niet bestaat voor de gemeentelijke verkiezingen, een regionale bevoegdheid. Dat kan tot verwarring leiden bij mensen die kiezen voor stemmen per brief en er verkeerdelijk van uitgaan dat ze ook voor de gemeentelijke verkiezingen per brief zullen kunnen stemmen. Dat is bijvoorbeeld al in 2024 het geval, wanneer er in hetzelfde jaar Europese, federale, regionale, provinciale en gemeentelijke verkiezingen worden georganiseerd. Duidelijke en toegankelijke informatie hierover is dus essentieel. De federale overheid zou met de regio’s moeten spreken over de mogelijkheid om ook voor de gemeentelijke verkiezingen de optie van stemmen per brief aan te bieden.

Ook moeten de verschillende niveaus in overleg met elkaar de verkiezingsinformatie harmoniseren en uniformiseren. De NHRPH richt zich met deze opmerking dus niet enkel tot de federale overheid, maar ook tot de regio’s.

De NHRPH verwijst verder nog naar het VN-verdrag inzake de rechten van de personen met een handicap en de positienota “Verkiezingen” van de NHRPH.

Nog een detail: de NHRPH verkiest de termen ‘personen met een handicap’/ ‘personnes en situation de handicap’ boven ‘personen met een beperking’/’personnes handicapées’.