Ga naar de inhoud

Advies 2021/02


Advies nr. 2021/02 van de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) over de toegankelijkheid van de NMBS voor personen met een handicap, besproken tijdens de plenaire zitting van 21/12/2020 en goedgekeurd na e-mail van 20/01/2021.

Advies op initiatief van de NHRPH.

1. ONDERWERP

De NHRPH is al vele jaren een pleitbezorger voor een toegankelijker spoorverkeer in België voor personen met een handicap en personen met een beperkte mobiliteit (PBM). Naar aanleiding van het bekendmaken van het Regeerakkoord van de regering-De Croo I en de Beleidsnota van de Minister van Mobiliteit, de heer Georges Gilkinet, publiceert de NHRPH een lijst met 10 prioriteiten voor de toegankelijkheid van het spoorverkeer voor personen met een handicap.

2. ANALYSE

De NHRPH brengt geregeld adviezen uit over NMBS-dossiers en onderhoudt al vele jaren een constructieve dialoog met de NMBS, o.a. via een gemeenschappelijke werkgroep. De NMBS vraagt de NHRPH ook geregeld om advies en nodigt de NHRPH en andere stakeholders uit voor demonstraties en projectwerkgroepen, ... Toch raadpleegt de NMBS de sector niet altijd en ook niet altijd op tijd. Denk maar aan het dossier M7 (zie advies 2019-15 en advies 2021-01).

Steun van het beleid is dan ook essentieel, zowel voor de NHRPH als voorde NMBS. De NHRPH merkt op dat er bij de huidige regering politieke wil lijkte te bestaan om op federaal vlak werk te maken van een toegankelijkere NMBS.

De regering-De Croo beschouwt de toegankelijkheid van het spoorverkeer als een van haar prioriteiten (zie ook advies 2020-21). In het Regeerakkoord 2020 staat te lezen:

Deze regering zal extra investeren in het spoor. De investeringen zullen zich toespitsen op:

  • Aankoop nieuw rollend materieel;
  • Modernisering, onderhoud, toegankelijkheid multimodaliteit van stations;
  • Toegankelijkheid treinen en perrons: we maken versneld werk van het verhogen van de perrons en korten de reservatietermijn voor assistentie in. Elk station met meer dan 5000 reizigers per dag is toegankelijk tegen 2024. Nieuwe treintoestellen die de NMBS aankoopt zullen toegankelijk zijn voor personen met een handicap. Er komt een evaluatie van de huidige toegankelijkheid en op grond daarvan een actie- en stappenplan om de toegankelijkheid te verbeteren;

In de Beleidsnota van de heer Georges Gilkinet, Minister van Mobiliteit, staat het volgende:

Tegelijkertijd zal bijzondere aandacht worden besteed aan de verbetering van de toegankelijkheid: multimodale toegankelijkheid van spoorwegstations (voor goederen en reizigers), universele toegankelijkheid, ongeacht gezondheidstoestand of mobiliteit, voor wat betreft de toegang tot diensten voor treinreizigers (nieuw rollend materieel met lage vloer, verhoging van de perrons, hellingen en liften, universele toegankelijkheid van de kaartverkoop en de informatie). De inspanningen op dit gebied zullen worden voortgezet en versneld in nauwe samenwerking met de NMBS.

In hetzelfde document kondigt de Minister aan dit te zullen vastleggen in het openbaredienstcontract met de NMBS:

In het beheerscontract tussen de Staat en de NMBS, dat voortaan op basis van Europees recht een openbaredienstcontract moet worden genoemd, zal het verwachte niveau van de dienstverlening aan de gebruikers worden vastgelegd, alsook het verwachte pad naar een prestatieverbetering voor de NMBS. De volgende aspecten zullen inter alia aan bod komen:

  • het niveau en de kwaliteit van de aangeboden spoordiensten (frequentie, amplitude, stiptheid, comfort);
  • de verwachtingen op het vlak van de toegankelijkheid,
  • het onthaal en de informatie aan de reizigers, ook wat betreft het onthaal van fietsers;
  • de modaliteiten met betrekking tot het sluiten van overeenkomsten en tot het commerciële initiatief wat betreft de tarieven, met bijzondere aandacht voor het behoud van de toegankelijkheid van de trein voor alle gezinnen, ongeacht hun inkomensniveau.

3. ADVIES

Toegankelijk treinverkeer is erg belangrijk voor personen met een handicap en personen met een beperkte mobiliteit. Voor sommigen is het openbaar vervoer immers de enige mogelijke vervoerswijze.

Veel van de punten uit het Regeerakkoord van de Regering-De Croo I en de beleidsnota van de Minister van Mobiliteit staan al vele jaren op de prioriteitenlijst van de NHRPH. Hieronder een kernachtige oplijsting van de prioriteiten volgens de NHRPH, vaak vergezeld van een verwijzing naar relevante adviezen die de NHRPH de voorbije jaren publiceerde over die thema’s (zie lijst).

10 prioriteiten

1. Toegankelijke informatie voor reizigers

    • Online: website, apps, onlineverkoop
    • Toegankelijke formaten: toegankelijk voor mensen met een sensoriële handicap (blinde en slechtziende personen, dove en slechthorende personen, blinddove personen), FALC/eenvoudig taalgebruik, …
    • Actueel, in real time: niet alleen de dienstregeling, maar ook vertragingen, perronwijzigingen, …
    • Gedurende het hele traject, dus zowel online, in de stations, op de perrons als op de trein: meedelen van aankomst van de trein, haltes, onvoorziene stilstanden (sommige blinde mensen tellen de haltes en kunnen zo de tel kwijtraken), uitstapzijde (advies 2018-05), overstappen, plaats van het toegankelijke rijtuig in de samenstelling, …
    • Toegankelijke en uniforme signaletica en bewegwijzering, zoals een vermelding van het perronnummer in braille onderaan de trapleuning naar het perron (zie ook advies 2018-01)
    • Toegankelijke navigatiesystemen voor plaatsbepaling in stations en haltes ter ondersteuning van de oriëntatie
      • Met de nieuwe technologieën is zeer veel mogelijk: schermen met gebarentaal (VGT, LSFB, …), spraaktechnologie, …

2. Toegankelijke treinen

Treinen moeten voor iedereen autonoom toegankelijk zijn, ongeacht de handicap. Iedereen moet ook autonoom de trein kunnen nemen. Alle rijtuigen moeten autonoom toegankelijk zijn.

    • Hier verwijst de NHRPH naar het dossier M7: Enkel het ‘toegankelijke multifunctionele rijtuig’ (1 per samenstelling) zal autonoom toegankelijk zijn, en niet eens volledig. (Zie advies 2019-15 en 2021-01)

3. Toegankelijke stations en haltes

Stations moeten voor iedereen autonoom toegankelijk zijn/worden, ongeacht de handicap. Ook de loketten en het sanitair mogen hierbij niet worden vergeten. Daar moet een ambitieuze planning voor worden opgesteld en uitgevoerd.

De NMBS gebruikt hiervoor een interessant technisch handboek, Revalor, dat bovendien geregeld wordt geactualiseerd en aangevuld (zie advies 2017-09). Dat handboek houdt niet alleen rekening met de normen en reglementeringen, maar ook met uniformiteit.

4. Assistentie

Zelfs met goed toegankelijke treinen en stations/haltes zal assistentie voor sommige mensen nodig blijven.

    • Op maat van de persoon
    • Snel en efficiënt
    • Zonder reservatietermijnen (zie o.a. adviezen 2017-11, 2015-27)  
    • In alle haltes en stations (Voorbeeld Anderlecht: een gloednieuw toegankelijk station, maar geen assistentie…) (zie advies 2015-06)

 5. Toegankelijke ticketverkoop

Toegankelijke loketten, ticketautomaten en online (website, apps, …)

    • Zijn de verbeterde automaten nu volledig toegankelijk voor iedereen? Voorbeeld: het gebruik ervan is niet evident voor personen met een verstandelijke handicap (zie advies 2017-19)
    • Sinds enkele jaren komt er bij het kopen van een vervoerbewijs aan boord van de trein steeds een supplement bij: het zogenaamde boordtarief is duurder. Vooral personen die niet goed overweg kunnen met automaten en reservatie online (verstandelijke handicap, ouderen, ...) kunnen daar het slachtoffer van zijn (zie advies 2015-21)
    • De NHRPH verneemt dat de NMBS de papieren vervoersbewijzen in 2021 duurder maakt dan de digitale. Nochtans is de digitale kloof een realiteit voor veel personen met een handicap. Het is onaanvaardbaar dat deze kwetsbare groep meer moet betalen voor dezelfde reis omdat ze geen toegang tot het internet hebben. De NHRPH beschouwt dit als een discriminatie.

 6. Toegankelijke omgeving

Ook de omgeving rond het station moet toegankelijk zijn: veilige voetpaden, oversteekplaatsen, overstap naar andere vervoerswijzen, … met gids- of geleidelijnen, bewegwijzering, toegankelijke navigatiesystemen voor plaatsbepaling ter ondersteuning van de oriëntatie, …

Parkeerplaatsen voor personen met een handicap moeten voldoen aan de toegankelijkheidsvereisten.

    • Overleg met andere betrokken instanties en stakeholders is dus essentieel.

7. Intermodaliteit

Het treinverkeer moet harmonieus aansluiten op andere vervoerswijzen, zoals bus, tram, metro, taxi, eigen vervoer, …  Hier is overleg voor nodig met alle stakeholders. Beloftevolle projecten op dit vlak zijn de Gewestelijk Expresnetten (GEN), intermodale vervoersbenaderingen die dus verschillende vervoersmodi combineren: trein, tram, bus, metro, ... Er is een intermodaal voorstadsnet in ontwikkeling rond Brussel (GEN), maar ook rond Antwerpen, Gent, Luik en Charleroi (ANGELIC). Zo staat in het Regeerakkoord 2020 dat de investeringen zich o.a. zullen toespitsen op het “Uitbreiden capaciteit personenvervoer: GEN, ANGELIC, een verbetering van de verbindingen tussen de Brusselse stations, meer bijzonder de connectie Noord-Zuid, en van de grensoverschrijdende verbindingen.” In een interview met Le Soir van 11/01/2021 zegt Minister Gilkinet dat de politieke wil én de financiële middelen er zijn om dit project af te werken. De NHRPH verheugt er zich over en vraagt om bij elke fase rekening te houden met universele toegankelijkheid.

Opgelet! PBM hebben vaak meer tijd nodig om hun aansluitingen te halen, ook bij intermodaal reizen. De tijd voor de aansluitingen moet dus ruim genoeg zijn.

8. Sensibilisering en training van het personeel

Het personeel moet worden gesensibiliseerd voor de realiteit van de verschillende handicaps en worden getraind in correcte en respectvolle vormen van onthaal, omgang, begeleiding, …

9. Sensibilisering van de passagiers

Passagiers moet worden gesensibiliseerd voor de realiteit van de verschillende handicaps: noden en behoeften, gevaar van obstakels (bijv. niet opgeruimde bagage of plooifietsen die PBM, blinde personen en assistentiehonden hinderen), communicatiebehoeften (bijv. omroepen van boodschap in trein: niet toegankelijk voor dove personen; idem voor blinde personen bij enkel visuele boodschap), … De reizigers moeten worden geïnformeerd over nut en betekenis van de gids- en geleidelijnen voor blinde en slechtziende personen zodat ze deze vrijhouden.

10. Overleg met de handicapsector

Op federaal vlak is de Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap het adviesorgaan wat handicap betreft. Regionaal zijn er de technische bureaus (CAWaB, Inter). Op het vlak van discriminatie wegens handicap is Unia het aanspreekpunt.

De NHRPH wenst te worden betrokken van bij de denkoefening en op de hoogte te worden gehouden van de vorderingen in de dossiers.

Overigens is de NHRPH ook bevoegd om advies te geven over andere kwesties inzake mobiliteit op federaal vlak. De NHRPH vraagt de Minister om ook bij andere dossiers het advies van de NHRPH te vragen.

De NHRPH verheugt zich erover dat de federale regering zich ambitieus toont op het vlak van de toegankelijkheid van het spoorverkeer en van treinen. De Minister van Mobiliteit zal deze ambities in overleg met de NMBS en de stakeholders moeten aansturen en opvolgen. De NHRPH zal niet nalaten om de Minister en de regering zo nodig te herinneren aan hun engagement.

Daarom is het ook belangrijk om dit engagement te verankeren in het openbaredienstcontract van de NMBS. En zoals de Minister van Mobiliteit terecht opmerkt in zijn beleidsnota:

“De laatste beheerscontracten werden in 2008 ondertekend voor een periode die aanvankelijk tot 2012 liep. Ze zijn systematisch uitgebreid en beperkt aangepast, zonder dat ze grondig werden herzien en aangepast aan de nieuwe uitdagingen.” Hier moet dus dringend werk van worden gemaakt. (Zie ook advies 2015-30)

De NHRPH vraagt dat toegankelijkheid in het openbaredienstcontract bij de prioriteiten wordt opgenomen, op hetzelfde niveau als stiptheid en veiligheid.

Overigens staat ook de rol van de NHRPH als NMBS-contact van de handicapsector op federaal niveau vermeld in het vorige beheerscontract.

De NMBS moet zich engageren voor al haar rollend materiaal, infrastructuur en dienstverlening. Hiervoor is het strikte en snelle stappenplan nodig waarvan sprake in de adviezen van de NHRPH (zie bijvoorbeeld advies 2019-15) en het regeerakkoord. Het gaat om een belangrijk engagement op het vlak van de maatschappij en het klimaat dat ook moet worden opgenomen in het Relanceplan van de Staatssecretaris voor Relance en Strategische investeringen.

De NHRPH vertegenwoordigt alle handicaps en vraagt de Minister en de NMBS om geen enkele handicap uit het oog te verliezen: sensoriële, fysieke, verstandelijke, enz. De personen met een handicap vormen immers een grote en diverse groep. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) schat het aantal personen met een handicap op niet minder dan 15% van de bevolking. Velen van hen zijn wegens hun handicap nog meer dan andere personen aangewezen op het openbaar vervoer. Universele toegankelijkheid is dus een must.

Tot slot nog dit: De EU heeft 2021 uitgeroepen tot “the Year of Rail”. Laten we Europa en onze buurlanden tonen dat België dat thema ernstig neemt!

4. BEZORGD

  • Voor opvolging aan de heer Georges Gilkinet, Minister van Mobiliteit (antwoord verwacht)
  • Voor opvolging aan mevrouw Sophie Dutordoir, ceo NMBS (idem)
  • Voor opvolging aan mevrouw Karine Lalieux, Minister belast met Personen met een beperking
  • Voor opvolging aan de heer Thomas Dermine, Staatsecretaris voor Relance en Strategische Investeringen
  • Ter info aan de heer Alexander De Croo, Eerste Minister (zie advies 2020-21)
  • Ter info aan Unia
  • Ter info aan CAWaB
  • Ter info aan het UNCRPD-coördinatiemechanisme
  • Ter info aan de Federale Ombudsman