Ga naar de inhoud

11/08/2020 - Opname in de grondwet van een specifieke bepaling ten gunste van personen met een handicap: een eerste stap

Op 10 juli 2020 heeft de Belgische Senaat gestemd over een tekst waarmee een specifieke bepaling ten gunste van personen met een handicap in de Grondwet wordt opgenomen. De tekst luidt als volgt: In titel II van de Grondwet wordt een artikel 22ter ingevoegd, luidende: “Art. 22ter. Iedere persoon met een handicap heeft recht op volledige inclusie in de samenleving, met inbegrip van het recht op redelijke aanpassingen. De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel waarborgen de bescherming van dat recht.”

De Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) is verheugd over de goedkeuring van deze tekst. Een specifieke verwijzing maakt het mogelijk om de rechten van personen met een handicap, zoals vastgelegd in het Verdrag van de Verenigde Naties, in de grondwet te verankeren.
Deze verankering in de Grondwet zal ook juridische gevolgen hebben. Tot nu toe hebben de Raad van State en het Grondwettelijk Hof algemene artikelen gebruikt om eventuele discriminatie of inperking van rechten van personen met een handicap te censureren (artikelen 10 en 11 over gelijkheid, artikel 22 over het privéleven, artikel 23 over economische, sociale en culturele rechten, ...). Een gerichte verwijzing in de Grondwet zal de rechter dan ook een extra rechtsgrondslag bieden.
Met deze opname in de Grondwet kan de wetgever dit nieuwe grondwettelijke recht inhoud geven door aan te geven hoe hij dat wil doen: het bouwen van toegankelijke sociale woningen, het vaststellen van bindende regels voor tewerkstelling, het verhogen van de tegemoetkomingen, het systematiseren van gebarentaal in de contacten met de openbare diensten, enz.

Over deze tekst moet nu worden gestemd in de Kamer.
De NHRPH dringt erop aan dat deze tekst zo snel mogelijk door de Kamerleden wordt besproken en goedgekeurd.

Zie ook het advies 2020-06 van de NHRPH.